Schriftelijke vragen inzake maaibeleid en groen onderhoud

In het kader van bezuinigingen is een besluit genomen ten aanzien van het groenbeleid in onze gemeente. In de praktijk moet het gewijzigde beleid leiden tot een besparing en een ecologische opbloei. Met name bijen zouden een verbeterd leefgebied krijgen, waarin de PvdA-fractie zich kan vinden. De gevolgen pakken echter naar onze opvatting anders uit dan aanvankelijk (door ons) was voorzien.

Ervaart het College dit ook zo?

Talloze Assenaren, maar ook bezoekers aan onze stad, laten weten, dat het aangepaste maaibeleid de stad niet het aanzien geeft, dat wenselijk is. Dat Assen een stad in het groen is, mag duidelijk zijn, maar het schiet hier en daar door, zoals ook vele planten dat doen. Een wandeling over een aantal voetpaden gaat soms gepaard met hindernissen door overhangende takken (o.a. meidoorn) of uitgeschoten begroeiing, zoals de stekelige braam en brandnetels. Reguliere planten, zoals rozebottel en ander “gemeentelijk” gewas, wordt overwoekerd door wat in de volksmond onkruid wordt genoemd.

Heeft het College dit voorzien voorafgaand aan de invoering van het gewijzigde maaibeleid? Zo niet, wat beoogt het College als passende maatregel?

Het onderhoud van gazons is op vele plaatsen gereduceerd voor wat betreft het maaien. Ons, en u ongetwijfeld ook, bereiken berichten, dat diverse grasvelden onbegaanbaar zijn geworden voor spelende kinderen. Vooral nu de schoolvakanties aanbreken zal veelvuldig het gras worden benut als speellocatie, echter door jaarlijks slechts twee keer te maaien, lijkt dit praktisch niet te realiseren. Mede in het kader van “AssenBeweegt.nl” en “Jongeren op Gezond Gewicht” is het raadzaam te kunnen beschikken over speelklare gazons. Voor het houden van een buurtbarbecue en andere activiteiten geldt hetzelfde.

Bespeurt het College met ons hierin een tegenstrijdigheid door enerzijds sport en gezondheid te stimuleren en anderzijds de faciliteiten te ontnemen?

Ook voor wat betreft de uitrenplaatsen voor honden is vast te stellen, dat dit doel voor de wat kleinere honden niet meer wordt gehaald. Met lang gras is rennen niet mogelijk. Bovendien doen de honden hun behoefte op plaatsen, waar dat niet moet of wordt de opruimplicht genegeerd door de ontoegankelijkheid van het uitlaatgebied.

Is het College het met de PvdA-fractie eens, dat het door het maaibeleid het opruimen van hondenpoep leidt tot problemen?

Ten aanzien van de maaifrequentie bevinden we ons momenteel in de eerste maaiperiode. Er wordt gebruik gemaakt van tractoren met een groot bandenprofiel. De grond wordt daarmee ingedrukt, wat bij sportbeoefening kans op blessures vergroot.

Is het College bereid hiertoe passende maatregelen te treffen?

Daar, waar min of meer onderhoudsvrij groenbeleid niet op essentiële bezwaren stuit, is het een goede zet dit beleid te continueren. Waar dat niet het geval is, is hogere maaifrequentie wenselijk. Net als bij de invoering van het honden-uitlaatbeleid is het te overwegen door inspraak van de Asser inwoners te bepalen, waar wel en waar niet frequent moet worden gemaaid. Momenteel wordt inspraak toegepast door de wethouder. Een aantal verzoeken is of wordt door de wethouder ingewilligd, waarvoor dank, maar naar onze opvatting is een breed gedragen wens vanuit de bevolking voldoende aanleiding het toegepaste beleid te heroverwegen cq aan te passen. De suggestie is in de heroverweging mee te nemen om iets minder frequent te maaien.

Is het College voornemens de wens van de Asser inwoners te laten meewegen in het vervolg van de ingezette koers dan wel het maaibeleid opnieuw onder de loep te nemen? Zo nee, waarom niet en zo ja, wat heeft het College in gedachten bij een eventueel nieuwe aanpak?

Luc Rengers